X
GO

Monitoring dijken en botanische percelen

Het Project om de natuurkwaliteit van de dijken in Zeeland in kaart te brengen is bijna afgerond. Dit project is uitgevoerd, met subsidie en hulp vanuit Provincie Zeeland.

Binnen Zeeland zijn dijken zowel landschappelijk als ecologisch gezien van groot belang. Ze vormen de dooradering van het Zeeuwse landschap en de verbinding tussen de verschillende leefgebieden. Om goed beheer te kunnen uitvoeren is het belangrijk te weten welke natuurwaarden aanwezig zijn.

Het project kent twee onderdelen:

  1. Het inventariseren van dijken die in de huidige ANLb-periode (t/m 2022) onder beheer zijn;
  2. Een inventarisatie van dijken die potentieel geschikt zijn om onder ANLb-beheer te brengen.

Met behulp van de resultaten kan Poldernatuur Zeeland verder en specifieker werken aan de natuurkwaliteit van de dijken die momenteel ‘in beheer’ zijn en deze kwaliteit behouden en verder verbeteren. Met deel twee van dit onderzoek kan een betere selectie gemaakt worden van dijken die eventueel nieuw in beheer komen.

In de periode mei -juli 2022 zijn 212 afgesloten beheerovereenkomsten in het kader van het ANLb in Zeeland getoetst door SLZ. Daarbij is dezelfde methodiek als in 2014 / 2015 gebruikt, zodat de resultaten per perceel en ook het totaal met elkaar vergelijkbaar zijn. Uit het onderzoek blijkt dat zowel botanische waarden als de waarde voor de fauna zijn toegenomen. Een mooi resultaat, maar er is ook nog wel wat te verbeteren zeker op botanische gebied. Op veel dijken komt struweel / stuikgewas voor. Dat kan positief zijn, met name voor de fauna, maar opgepast moet worden dat dit niet te ver doorschiet. Per perceel zijn aanbevelingen gegeven. Deze betreffen meestal het verhogen van het aantal maaibeurten en het stimuleren of juist tegengaan van verruiging, verbraming en een teveel aan verstruweling. Nabegrazing is op een deel van de percelen aan te bevelen, omdat daarmee structuur in de vegetatie verbeterd kan worden. Waar dat mogelijk en nuttig is, is aanbevolen wat landschapselementen aan te brengen.

Een soort die zich als probleemsoort begint te ontwikkelen is de dijkviltbraam. Deze soort breidt zich sterk uit en overgroeit vaak alle andere soorten in het struweel. Waar dat het geval is, is aanbevolen om deze soort periodiek wat terug te zetten. De meeste van de pakketten passen goed bij de terreinen en het gevoerde beheer.

Aanvullend zijn 25 percelen beoordeeld of deze ook potenties hebben om er een SNL overeenkomst op af te sluiten. Een grote meerderheid van deze percelen blijkt daarvoor geschikt te zijn.